Zutphen Pride, toespraak burgemeester Wimar Jaeger, zaterdag 10 juni in Dat Bolwerck

Lieve mensen,

Nogmaals veel dank voor jullie uitnodiging om hier te mogen spreken.

De eerste Zutphen Pride met zoveel mensen, het is belangrijk dat we hier vandaag samen bij stilstaan. Belangrijk ook omdat het in onze regionale omgeving lang niet vanzelfsprekend is dat je kan vieren wie je bent. Het dan ook niet voor niets dat er ook zoveel mensen zijn van buiten Zutphen. De vrijheid om de Pride samen te kunnen doen is een groot goed en dat moeten we koesteren en we moeten met die vrijheid voorzichtig omgaan.

Juist in Zutphen is het bijna logisch dat we een pride hebben. We zijn een gemeente vol paradijsvogels. Ik vind het zeer passend dat we onze veelkleurigheid uitdragen. Als burgemeester en ambassadeur van onze gemeente zeg ik natuurlijk altijd dat we in onze stad mensen bij uitstek naar mensen kijken op grond van wat ze doen in plaats van waar wie ze zijn of waar ze vandaan komen. Ik denk dat dat in onze gemeente ook meestal waar is.

Daarom zeg ik ook met trots dat de Pride Zutphen meer een viering is dan een statement. Compliment aan de organisatoren voor het mooie programma dat LHBTIQ+ verbindt aan artikel 1 van de grondwet. Niets dan hulde aan jullie voor dit feest en de warme vorm (niet vanwege het weer) waarin we onze trots op wie we zijn, vieren.

Toch hebben jullie mij hier niet uitgenodigd om alleen de loftrompet te steken. En meerderen van jullie weten wel dat ik als ik de gelegenheid krijg ook een inhoudelijk woord wil spreken. Daarom vanavond vanuit mij ook een vraag, misschien wel een oproep om met onszelf het gesprek aan te gaan. Het gesprek over wat de meest effectieve manier is om de vrijheid om te zijn wie je bent, die voor ons zo van zelfsprekend is, voor iedereen vanzelfsprekend te laten zijn.

De vraag aan onszelf is of we de juiste toon en de juiste snelheid van de muziek te pakken hebben? Een vraag die misschien niet relevant is voor onze eigen overtuiging, maar wel voor degenen die er nog niet aan toe zijn om de kwetsbare eigenheid van ieder mens als kracht in plaats van met angst te begroeten?

Begrijp me goed: ik sta voor gelijkheid en gelijke rechten, voor alles en iedereen. En ik wil ook graag dat dit in Zutphen en in Nederland gemeengoed is. Maar dat dit nog lang niet altijd en overal goed gaat, moeten we helaas samen vaststellen. Ik heb dat in eerdere omgevingen waar ik werkte, zelf moeten ervaren.

Ik realiseer me dat ik hier tot op zekere hoogte voor eigen parochie sta te preken, om dat gezegde in deze context maar eens te gebruiken. Zeker, het is nog steeds nodig om op allerlei manieren de aandacht te vestigen op het belang van de vrijheid om te kunnen zijn wie je bent. Ik steun de strijd naar een gelijkwaardige benadering van iedereen, het einddoel waarbij ‘pride’ niet meer voor strijd staat, maar zo algemeen is geworden dat het ongenoemd kan blijven en alleen gevierd wordt.

Maar waar ik vragen bij heb, is de manier waarop we in de brede LHBTIQ+ beweging de route en het tempo bepalen richting dat einddoel en welke rol we daarin aannemen. Voor de goede orde ik stel die vraag niet aan specifiek aan jullie en de organisatoren van de Pride Zutphen, maar algemener een vraag voor de LHBTIQ+ gemeenschap in Nederland en misschien nog wel meer daarbuiten. Ik doe een oproep om meer aandacht te hebben voor de balans tussen dominant actievoeren en ‘het paard achter de wagen spannen’.

Wat ik daarmee bedoel: ik meen te zien dat de manier waarop we in Nederland en zeker daarbuiten, soms fanatiek onze rechten opeisen en er soms actie wordt gevoerd, in ieder geval een deel van de mensheid zodanig tegen de borst stuit, dat het de tegenstellingen uitvergroot in plaats van verkleint. Niet zozeer in Zutphen maar internationaal zien we dat bijvoorbeeld in extreme mate in de VS. De roep om erkenning van rechten wordt beantwoord met het verbieden van voorlichting en zelfs boeken op scholen. In Nederland gelukkig in veel mindere mate, maar vergis je niet, ook bij ons meen ik toenemend ongemak te zien.

We kunnen over toenemend geweld tegen bijvoorbeeld homo’s eigenlijk heel simpel zijn, namelijk spijker en spijkerhard aanpakken. Het wordt lastiger wanneer het gaat om de vroeger toch goedwillende buren op facebook. Ik wil maar zeggen, de extremist moeten we hard aanpakken maar hoe verhouden we ons tot de zogenaamde stille meerderheid?

Eigenlijk is het de klassieke vraag van gelijk hebben en gelijk krijgen. En dat lieve mensen mogen jullie naast een reflectie ook als compliment opvatten. Want het “gelijk hebben”, dat hebben we inmiddels steeds meer gezien in wet en regelgeving die echt een geschiedenis richting onze kant heeft doorgemaakt. De vraag die ik stel is hoe gaan we “dat gelijk nu ook krijgen”. Met andere woorden: is hetgeen we zeggen en doen een bevestiging van ons eigen gelijk of een overtuigend argument voor de ander? Als het gezicht van onze hoognodige boodschap voor delen van de bevolking ook een bedreigende kant heeft, roep je misschien het tegengestelde effect op dan dat je zelf voor ogen hebt.

We zien een vergelijkende situatie bij de viering van Sinterklaas. Voor- en tegenstanders van zwarte piet komen dan alleen nog maar tegenover elkaar te staan, zoals we zagen in bijvoorbeeld Staphorst. Daar kwam het tot een uitbarsting van geweld bij aanhangers van zwarte piet. Een van de gemeenteraadsleden zei daar achteraf over op radio 1: ‘zo had het niet gemogen, maar ik snap het wel want zo meteen mag je helemaal niets meer, van die lui ….’

Wanneer de emancipatie van welke groep dan ook, te hard loopt en daardoor niet achterom kijkt of de groep voor wie het bedoeld is nog meeholt, dan verlies je de mensen en het draagvlak voor vooruitgang onderweg. Dan praat de ander niet meer over waar het om gaat maar over “straks mag je ook helemaal niks meer”. Dan hebben we het niet meer over een verschil van inzicht maar over angst. Angst voor het onbekende wordt dan groter dan de nieuwgierigheid naar het andere.

Als de ontvangst van de roep om een inclusieve samenleving overgaat in angst voor afbraak van de eigen zekerheid. Als het recht om jezelf te zijn overslaat in angst dat de ander zoals jou moet worden. Dan raken we de draad kwijt. Als het touwtje uit de brievenbus niet meer voor koffie met de buren staat maar omslaat in angst voor inbraak. Dan, ja dan gaat de deur op slot.

Ik zeg niet dat het zo is, maar roep hier wel op met elkaar in de brede LHBTIQ+ gemeenschap van gedachten te wisselen in hoeverre de toon en het tempo van de discussie over diversiteit en LHBTIQ+ rechten leidt tot meer sloten op de deur of liever nog in hoeverre onze ervaren rechten worden opgevat als afgenomen rechten van de ander. Als dat zo is, al klinkt het een beetje raar, moet wat mij betreft de vraag boven komen in welke mate we zelf nog wel inclusief zijn. En even voor de goede orde dan richt ik mij niet specifiek tot de gemeente Zutphen maar tot de samenleving in zijn geheel. Als jou redelijke bovenburen toch principieel niet meelopen met de Pride, omdat dat ongemakkelijk is, dan creëren we geen inclusiviteit maar oogsten we exclusiviteit.

Het gaat mij hier natuurlijk niet om situaties waar geweld of de wet anderszins wordt overtreden. Het gaat me hier om een mogelijk groeiende groep, waar het ongemak door de toonhoogte van het debat wordt aangeblazen.
Ik stel voor dat we ons in dat gesprek niet laten leiden door discriminatoire geweldplegers maar ons richten op de zogenaamde stille meerderheid. Juist die groep mensen kunnen we en moeten we inhoudelijk op basis van menselijkheid blijven aanspreken. Niet de racist met de knuppel bepaalt het krijgen van ons gelijk, maar de stille meerderheid. Een meerderheid die naar mijn gevoel in toenemende mate haar nieuwsgierigheid verliest en misschien, mede op basis van de schreeuwende extremisten, ongemak voelt bij wijze waarop we het gelijk dat we hebben ook willen krijgen.

Met andere woorden ik roep op naar een toon en een tempo van het debat waarin de verbinding met de stille meerderheid wordt gezocht, zodat in- en exclusiviteit van de ander niet dominanter worden dan de overtuiging waar we voor staan.

Ik meen eenzelfde patroon ook te zien in de discussie over woke. Mensen met een inhoudelijke overtuiging worden platgeslagen tot ‘elitaire moraalridders van wie je tegenwoordig ook helemaal niks meer mag zeggen’. Daarmee is de vorm, of de persoon zo je wilt, het onderwerp geworden en is de inhoud verdwenen.

Natuurlijk, daar is de ontvanger voor verantwoordelijk, maar ook de verzender van de boodschap moet zich afvragen hoe die inhoud wel over de bühne komt. Met andere woorden, de vraag is de wijze waarop we het zeggen en doen zo dominant dat daardoor de boodschap of de inhoudelijke bedoeling niet meer het onderwerp van gesprek met de ander is? Of zoals dat raadslid uit Staphorst in de nota bene de zwarte pieten discussie zei: “straks mogen mijn zoontjes ook niet eens meer gewoon een jongetje zijn”. Als gedreven maatschappelijke overtuiging wordt ontvangen als zendingsdrang, verliest ze haar inhoud en wordt ze alleen nog op haar vorm beoordeeld. Dan dooft het licht.

En nogmaals natuurlijk ligt het probleem ook bij de ontvanger die niet meer over de inhoud wil praten, maar alleen nog valt over de vorm en zijn angst uitschreeuwt, maar het is zoals mijn ouders vroeger al zeiden: jij bent de oudste en dus de wijste. Als oudste van vier kinderen vond ik dat toen heel onrechtvaardig, maar ik snap nu wel wat ze bedoelden. Vertaalt naar de LHBTIQ+ beweging interpreteer ik die boodschap zoals ik al eerder zei. Het gelijk hebben is in Nederland goeddeels bereikt. Nu het gelijk krijgen nog.

Voor ieder onderwerp geldt dat als de inhoud verloren gaat, dat altijd jammer is. Want juist in de gelaagdheid van meningen, overtuigingen en in het emancipatieproces zelf, liggen talloze kansen om vanuit verbinding vooruit te kijken en de ander uitnodigend tegemoet te treden. Juist de gelaagdheid van die inhoud zorgt voor diversiteit, die leidt tot verandering, die leidt tot ontwikkeling.

Hoe oneens we het ook zijn, ik zou zelfs zeggen hoe abject we ook benaderd worden, de enige weg naar een verlichte toekomst is in verbinding blijven. Ik wil maar zeggen als je, in je overtuiging jezelf te mogen zijn, de angst van de ander voor het onbekende niet meer ziet dan verlies je niet alleen die ander maar ook jezelf, je eigen overtuiging.

Waar we naar streven is dat eigen overtuiging verpakt is in je eigen autonomie. Een autonomie die zo krachtig is dat die fier overeind blijft zonder afhankelijk te zijn van de erkenning van de ander. Je kunt je tenslotte alleen maar trots voelen op je eigen lichaam en je persoonlijke voorkeuren als je daarin zelf voldoende autonomie ervaart. Zodat het je eenvoudigweg niets kan schelen welk oordeel een ander daarover heeft.

Ik zal natuurlijk als eerste onderkennen dat de autonomie van mensen niet vanzelfsprekend is. Zoals een beroemde politicus ooit zei: “willen moet je ook maar kunnen” Nee, autonomie is zeker niet voor iedereen en onder moeilijke omstandigheden een gegeven.

Daarom blijft het belangrijk om die trots op je gevoelens en lichaam te benadrukken en die vrijheid daaromtrent na te streven, zoals de pride vandaag ook wil laten zien. Een viering in plaats van een statement, dat maakt het nog mooier. Maar ook tijdens die viering mogen we ons de vraag stellen of de wijze waarop we die trots, onze overtuigingen nastreven oproept tot nieuwsgierigheid naar het onbekende of eerder de angst aanwakkert naar het vreemde. Ofwel wat doen we als de vorm niet meer tot acceptatie leidt, maar aangegrepen wordt om te polariseren.

Polarisatie heeft de autonome gevoelens van mensen nog nooit en van geen enkel mens vergroot. Mijn overtuiging is dan ook dat die polarisatie ook niet zal bijdragen aan het gemak waarmee een mens uit zichzelf uit de kast komt. Sterker polarisatie heeft altijd en voor alle partijen in de geschiedenis nog nooit tot iets goeds geleid. De tegenwerping dat het de ander is die polariseert begrijp ik maar doet aan de polarisatie zelf niets af. Daarvoor kunnen we alleen op onszelf vertrouwen. Dat mag onredelijk overkomen maar het is als die oudste en de wijste. En juist daarom die vraag naar vorm en tempo. Niet omdat we water in de wijn moeten doen tegen extremisten, wel omdat de beste remedie tegen polarisatie het activeren van de stille meerderheid is.

Ik snap dat wat ik hier zeg wellicht omstreden is. Ik snap ook dat het de vraag oproept hoe je moet omgaan met rabiate reacties of erger. Jullie weten mijn antwoord daarop: vanuit gezag niet accepteren en spijkerhard aanpakken! Ik realiseer mij ook dat dit uit de mond van een man met 7 vinkjes komt en echt ik wil hier ook beslist niet verkondigen dat ik de juiste antwoorden heb, of de juiste toon van het debat precies kan aanwijzen laat staan het tempo daarvan.

Maar toch, wat ik wel zie gebeuren, is dat de weerstand toeneemt. Bijvoorbeeld ook op de Facebookposts die wij als gemeente deelden over deze avond. Weerstand zonder inhoud, twee vingers in de oren en bovendien soms uitgedrukt in abjecte bewoordingen, maar nog veel meer nog ongemak en de wens niet met onze boodschap geconfronteerd te hoeven worden. Daar moeten we ons niet aan conformeren en tegelijkertijd niet opgeven te bespreken hoe we ook tot deze groep kunnen doordringen. De extremisten zal je met geen enkele vorm overtuigen, maar de stille meerderheid wel.

Daarom laten we blijven uitvergroten hoe belangrijk onze verworven vrijheden zijn. En hoe universeel die moeten gelden maar dan wel zonder een ander tot tegenstander te laten verworden. Laten we zoeken naar de beste vorm om de stille meerderheid nieuwsgierig te maken naar de waarde van diversiteit om te kunnen zijn wie je bent en ons in onze uitingen niet laten leiden door mensen die ons daar met onwettige middelen vanaf willen houden.

Nogmaals ik wil beslist niet beweren dat ik de antwoorden heb. Wij zijn het hier volledig met elkaar eens. Maar zolang we de Pride ook zien als een dringende oproep om door iedereen geaccepteerd te worden voor wie we zijn, is er wat mij betreft aanleiding om onszelf de vraag te stellen hoe we dat voor elkaar krijgen, hoe de regenboog het snelst bij de pot met vrijheid aankomt.

Diversiteit van kleur, gender, seksualiteit, en de emancipatie ervan zijn te mooi om door de vorm waarin ze hun “beauty” opeisen minder ruimte te krijgen of zelf met polarisatie ontvangen te worden. Diversiteit heeft in de geschiedenis altijd geleid tot verandering en daarom tot ontwikkeling van de mensheid en de menselijkheid. Daarom is diversiteit wat mij betreft ook een doel op zich. Maar op die momenten dat diversiteit in het verleden niet meer over de inhoud ging maar alleen nog om de vorm, ging het (zoals dat altijd met enkel uiterlijkheden gaat) in diezelfde geschiedenis altijd mis.

Laten we niet alleen zuinig zijn op wie we zelf zijn, maar ook op de weg van onze overtuiging om te komen tot een wereld waar iedereen in de meest uitgebreide variatie, mag zijn wie die is.

Lieve mensen,

De samenvatting van dit veel te lange en misschien ook wel veel te hoogdravende gebabbel is dat wij samen naast ons feest ook de verantwoordelijkheid hebben te bespreken wat de toon en het tempo van onze overtuiging is om ons eindpunt te behalen.

En hoe dat eindpunt er uit ziet? Kort samengevat: dat ‘anders zijn doodgewoon is’

Dus lieve gewone vrienden, mensen van niets bijzonders behalve jezelf,

ik wens jullie een hele fijne avond